Dag 27
Door: sanne
Blijf op de hoogte en volg Sanne
15 Maart 2010 | Kenia, Marsabit
Voordat we gingen slapen gisteren ontvingen we nog een mailtje van Nita, Lieve en Wim, die vertelden dat de weg goed was. Ze zijn ons ongeveer een dag voor, en we richten ons nu een beetje naar hun verslagen. Omdat ze toch wel veel uren nodig hadden gehad voor het stuk van vandaag, gaan we vroeger weg dan we tegen Peter en Rita hadden gezegd. We moesten ze storen om afscheid te kunnen nemen.
In het mailtje vertelden de anderen ook dat de Franse motorrijders door de politie waren gewaarschuwd voor bandieten. Volgens Peter komt dat omdat de politie graag een escorte meestuurt tegen vette betaling. We laten ons niet bang maken en rijden de lastige gravelweg op. Erg veel kuilen, wasbord en stukken waar duidelijk het water delen van de weg heeft weggespoeld. Het landschap wordt ruwer. We rijden voor een deel langs een on-omheid Nationaal Park. We zien wat antilopen en parelhoenders, maar kunnen ons voorstellen dat er ook roofdieren zitten. Gisteren had Peter het over een leeuw, die zomaar de tent van een Engelse toerist was binnengelopen. De man had zich stil gehouden en de leeuw was weer verder gegaan met zijn inspectie, zonder iets te doen. Peter organiseert van zijn plek uit safari’s met mensen die bij hem te gast zijn. Mount Kenia ligt min of meer in zijn achtertuin, en hij kent plaatsen waar geen toerist ooit komt.
We rammelen in de Afrikaanse niervergruizer en kunnen elkaar amper verstaan door de herrie die dat geeft. Het is warm, de beide raampjes zijn open voor de hete buitenlucht. Bij een stop moet Tim het reservewiel op de achterdeur weer vast draaien: de moeren zijn losgerammeld. De meeste mensen die we onderweg zien, groeten niet en lachen niet. In de streek boven Isiolo woont een stam die me aan de Maasai doet denken. De mannen dragen er ook de shuka, een doek die ze over een schouder slaan als een Romein. De kleuren zijn vaak in alle soorten rood en paars. Het schijnt dat het moet doen denken aan bloed. Vrouwen zie ik er veel kleuriger bij lopen. Zowel de mannen als de vrouwen hebben een enorme kraag met kralenkettingen, en ook op het hoofd dragen ze veel kralen, als een mutsje in elkaar gezet. Vaak bovenop het hoofd nog een torentje van het een of ander glinsterend metaal. Ik durf geen foto’s te maken, hoewel ik een paar prachtige mensen heb gezien. Ze kijken alleen niet erg vriendelijk. Vaak zie je groepjes jonge mannen, met rode klei in hun lange haren en met een stok en mes. Bij de Maasai moeten de jongens na hun besnijdenis een periode als krijger rondzwerven, volgens mij zijn dit de krijgers. Prachtige sterke lijven, zorgvuldig mooi gemaakt met kralen en versierselen. Ik heb gelezen dat de krijgers die een mens hebben gedood op de feesten hun gezicht half wit en half rood schilderen. Stiekem kijk ik of ik die gezichten zie, met de gedachte aan de verhalen van Peter gisteren. Die heeft echt moeten vluchten voor het geweld, dat tot in zijn eigen tuin kwam. Er zijn meer dan 1000 mensen omgekomen, vaak op barbaarse wijze. Helaas worden er de laatste tijd erg veel wapens vanuit Somalië het land binnen gesmokkeld. En als door de droogte de honger erger wordt, wordt men roekelozer. Toen de politie uiteindelijk de situatie weer onder controle kreeg, deed zij dat met minstens evenveel geweld. Hoeveel doden hiermee gevallen zijn staat nergens vermeld.
We rammelen verder tot aan Marsabit, waar een Henri de Zwitser een bakkerijtje op zijn boerderij heeft en waar je kan kamperen. We worden door een gewoon koeienhek binnengelaten door een halfbloed meisje, met een mooi hoog voorhoofd en verlegen lach. Een van de 7 kinderen van de Zwitser, horen we later. Geen hoge hekken hier en gewapende wachter. Gewoon een boerenerf waar achterin weliswaar een hek om het kampeerterrein heen staat, maar dat is om de koeien weg te houden. We zijn in eerste instantie alleen, want we staan al om half drie ’s middags daar. Later komen er van noord naar zuid twee andere auto’s: een Belgisch stel en een stel uit Amsterdam. Ze kennen elkaar kennelijk al van eerdere ontmoetingen en zijn ongeveer van dezelfde leeftijd. Ook zij hebben een jaar uitgetrokken om door Afrika te zwerven. Aanvankelijk kletsen we gezellig met elkaar, maar daarna gaan zij met z’n vieren eten bereiden en kletsen de rest van de avond met elkaar. Misschien is er een generatiekloof?
Wij bakken wat aardappelen op onze gietijzeren plaat bovenop een houtvuurtje, en roosteren de rest van ons vlees na Nairobi.. We hebben zelfs nog wat boontjes over, dus een gezonde doch voedzame maaltijd, zou Heer Ollie zeggen. Tim is moe van het geconcentreerde rijden tussen alle kuilen door, en we gaan bijtijds het laddertje op. Helaas steekt al gauw de wind sterk op, en hebben we moeite om het geklapper van de buitentent te negeren. Morgen deel twee van deze moeilijke etappe.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley