dag 7
Door: webmaster
Blijf op de hoogte en volg Sanne
22 November 2008 | Zuid-Afrika, Addo
Een vriendelijk afscheid van onze hospita voor 1 nacht, die geinteresseerd naar onze reizen informeerde. Ze vertelde dat “the governement” lange termein plannen heeft om van de east cape toch meer toeristische attractie te maken, want dat ze zelf ook ontdekt hebben dat het hier mooi is. Voordelen dus in de toekomst voor overnachten, nadeel dat de oorspronkelijke stilte en rust dan verdwijnt. Of het moet zo verlopen als met die Nederlander die hier op een hoog punt een luxe resort heeft laten bouwen waarvan iedereen weet dat het 17 millioen rand heeft gekost. Toen het klaar was is er in 1 jaar slechts 1 gast komen opdagen. Hij moest het verkopen aan een hotelketen, die nu genoeg gasten weet aan te brengen, desnoods met helikopters ingevlogen. Iedereen in de omgeving kent dit verhaal.
We rijden richting Whittlesea, waar we weer van de geasfalteerde weg gaan om binnendoor over een aantal passen (o.a. de Katberg pas) verder te gaan. Het is even zoeken, want er wordt niet vaak iets aangegeven langs de weg. Onze navigatie is anders dan tijdens de China reis. We hebben geen waypoints waarop we ons orienteren, simpelweg omdat we nooit weten waar we die nacht zullen slapen. We hebben onze kaart en we weten door de Garmin waar we zijn, en dan bepalen we of we verder gaan of terug.
De route is weer door dorpen met zwerfvuil en grote erven met kleine huisjes. De oudere, meestal nog de lemen hutten met golfplaten met stenen erop, hebben moestuinen waarop het eten wordt verbouwd voor het gezin, maar de nieuwe huisjes liggen in kaal, vuil gebied. Alles kost tijd, veel tijd, dus het gezinsrijp maken van een woon plek is waarschijnlijk ook iets om geduldig op te wachten.
Kinderen lopen in groepjes van de scholen vandaan, in kleurige uniformen.
De weg wordt al gauw erg slecht. Nog slechter dus dan gisteren: tussen acaciabomen die in bloei staan over flinke rotsblokken heen. De landy kan het wel, maar vindt dit niet leuk. We keren dit keer toch om, want het wordt iedere honderd meter slechter. Een stuk terug zijn een paar mensen aan de weg bezig (of rusten ervan uit). Ze vertellen dat het via de afslag waarvan we gehoopt hadden dat het beter zou zijn ook niet zal lukken.
Dan dus maar terug naar de asfaltweg en doorrijden via Seymour naar Fort Beaufort naar Grahamstown. Daar lunchen we wat en zie ik tot mijn blijdschap een internetcafe. Het is trouwens een mooie, oude stad, met huizen en kerken van het begin van de 20 ste eeuw. Gek, maar we voelen ons toch even ontspannen nu we zoveel blanken om ons heen hebben. Misplaatst waarschijnlijk, want ik weet niet of het hier veiliger zou zijn dan in de dorpen waar we vandaan komen.
We besluiten door te rijden richting Port Elisabeth. Daar dichtbij ligt het Addo Elephant park, een nationaal reservaat. Op zulke plekken is vrijwel altijd een goede camping in de buurt of in het park te vinden.
Het Elephant park is erg uitgestrekt over vroegere landerijen en loopt als een lang lint tot en met de kust, hoewel er een paar onderbrekingen zijn. We kunnen terecht op de camping bij de ingang, de rest is weer “fully booked”. Omdat het de hele dag dik bewolkt was, met wat spatjes regen en tamelijk koud, hadden we een huisje ook wel gedaan als dat vrij was geweest. Maar we hebben een lange broek in de koffer, dus het zal wel lukken.
Geen tijd meer om het wildpark in te gaan, maar genoeg tijd om de Landy weer perfect horizontaal te zetten en het vuurtje aan te steken.
Er staat vrijwel op iedere plaats wel iemand. Niet van het type overlanders met stoere auto's, maar wel rustig ieder voor zich zachtjes keutelend bij een vuurtje.
In het keukenblokje hangt een papier dat we onze rommel achter ons moeten opruimen, want het personeel is er niet om etenswaren van gasten op te ruimen.We eten ons kostje, drinken nog een glaasje Amarhula en liggen weer vroeg in de slaapzak.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley