dag 40
Door: sanne
Blijf op de hoogte en volg Sanne
29 Maart 2010 | Soedan, Dongola
Deze stad uitkomen is niet zo moeilijk als bij de andere steden. Het is weliswaar druk, en Tracks 4 Afrika is niet meer zo nauwkeurig, maar het gaat goed. We rijden door winkelstraatjes waar je werkelijk alles kunt kopen. Piramides bouwen zijn ze hier in al die eeuwen nog niet verleerd: alles ligt prachtig uitgebalanceerd opgestapeld: tomaten, sinaasappelen en zelfs noten. Je zou er eigenlijk voor de grap de onderste van de toren gaan aanwijzen om te kopen, waarna “toch maar niet’ en dan verder gaan. Maar dat hebben de mensen hier niet verdiend: tot nu toe zijn we alleen maar vriendelijke en hulpvaardige mensen tegen gekomen.
Op de aanplakbiljetten aan de rand van de stad staat steeds weer het hoofd van de leider van het National Congress Sudan, naar ik later hoor is dat de president. Een man met een witte tulband, een bril en een week kinnetje omgeven door wat beharing. Aan de affiches te zien staat hij voor groen (de logo voor de partij is een boompje met wortels), voor industrialisatie (energiecentrale en fabriek) en voor reisdocumenten (? Een paspoort). Ik speur naar andere kandidaten: de verkiezingen zijn immers over een goede week al. Als je goed kijkt zie je de A3 formaat postertjes op muren en op palen staan. Minder glossy, simpel gestencild. Omdat alles in Arabische tekens staat kan ik niet zien waarvoor ze staan.
Behalve dat er gewoon veel politie is in dit land, zie ik in de stad en daaromheen geen militaire tekenen. Als de wijk met de platte schoenendozen die ruim uit elkaar in het zand staan een vluchtelingenwijk is, dan is het er een die er al langere tijd is: er staan elektriciteitspalen en de erven zijn ruim. Overal hangen plastic zakjes in de struiken. Hier waait het over de kale vlakten aardig, en er is in deze consumptiegerichte stad veel afval. Dat was in Ethiopië opvallend anders: plastic is daar veel minder algemeen.
Er liggen weer regelmatig dode dieren naast of op de weg. Die worden niet opgeruimd en in heb van iemand gehoord dat een verongelukte koe opeten niet kan vanwege de niet-religieus-verantwoorde manier waarop het dier is gestorven. We rijden al gauw in echt woestijnlandschap: heuvels zand en rotsen. Er zit veel afwisseling in, en we kijken onze ogen uit. De weg is prachtig geasfalteerd (ook iets wat Tracks 4 Afrika nog niet weet). Op een vlak stuk zand naast de weg zie ik veel dode kamelen liggen. Een ligt op zijn knieën en zal volgens mij ook niet lang meer leven. Een akelig gezicht. Later hoor ik dat ze misschien verkeerd gras hebben gegeten. Er gaan karavanen van wel 1000 dieren vanuit Sudan naar Egypte, waar ze in de vleesindustrie worden gebruikt. Ze lopen 40 dagen door de woestijn tot ze er aankomen. Zo lang als wij nu onderweg zijn, en dan alleen door de droogte en de hitte. Het zal wel moeilijk zijn om aan genoeg water te komen: ze kunnen dagenlang zonder, maar als ze dan drinken slurpen ze in 10 minuten al gauw 100 liter water. Dat schijnt hier dan ook een moeilijk punt: niet alle eigenaren van bronnen staan de karavaans toe om hun dieren te drenken. En dat lijdt tot gevechten, want de karavanen zijn vaak geëscorteerd door gewapende mannen. Wij zien onderweg niet zulke grote karavanen, slechts troepen van een honderdtal dieren.
Tegen een uur of 5 gaan we van de weg af en parkeren Joost achter een rotspartij. We zetten het tafeltje en de stoeltjes op, Tim ligt zoals gewoonlijk weer onder de auto en ik ga het avondeten klaarmaken. De stilte is bijna oorverdovend. Het eerste uur misschien nog 4 auto’s over de weg, en daarna niets meer. Alleen de wind, de opkomende maan en het getik van schroevendraaiers en het gesis van de gasbrander. Wat een verschil met de vorige avonden!! Als het eten op is en de zon verdwenen wordt het koud. We slapen binnen de kortste keren.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley