Dag 24
Door: sanne
Blijf op de hoogte en volg Sanne
12 Maart 2010 | Kenia, Nairobi
Vandaag schrijf ik mijn stukje speciaal voor jou, Roos. We vinden het zo leuk dat jij ook iedere keer leest over wat we allemaal meemaken!
We hoeven niet veel te doen vandaag. Weer naar dat kantoor waar we de paspoorten moeten ophalen. Een ambassade is een huis waar mensen werken die een ander land dan waar ze wonen vertegenwoordigen. Bijvoorbeeld die Ethiopische ambassade: achter hun loketjes zitten Ethiopische mevrouwen en meneren heel ingewikkeld te doen met allemaal formulieren, die ze allemaal met de hand invullen. Ze moeten dus een goed handschrift hebben, want ze gebruiken nog bijna nergens computers. Je moet alles doen wat ze vragen, zoals die kopieën en geld naar een bank brengen, anders krijg je geen sticker in je paspoort met een stempel dat je toestemming hebt om door Ethiopië te reizen. En wat ze je precies gaan vragen is nooit helemaal te voorspellen. Papa heeft thuis op internet een heleboel verhalen van anderen gelezen en een samenvatting gemaakt over wat we bij iedere grens kunnen verwachten, maar die verhalen zijn erg verschillend. Ik denk dat dat ook te maken heeft met wat ik gisteren schreef: als je zelf ongeduldig doet of onaardig tegen die mensen, behandelen ze je ook onprettig terug. Wij mogen dit keer direct doorlopen, ik kreeg meteen mijn paspoort met de goede sticker, maar die van pap waren ze vergeten te doen. We hebben dus maar weer heel geduldig zitten te doen op een grote zachte bank in het kantoortje, ondertussen gekke gezichten trekkend tegen een kindje van ongeveer een jaar, dat bij haar moeder op schoot zat en zich begon te vervelen.
Na de Ethiopische ambassade gaan we naar de Sudanese ambassade. Maar wanneer we volgens de Garmin (soort TomTom) rijden, horen we ineens een klap op de auto. Er staat een politieman streng te doen: we rijden verkeerd door een straat waar je eigenlijk maar in 1 richting mocht gaan. Weer geven we meteen toe dat we fout zitten, bieden excuses aan, vertellen over onze lange reis en laten de Garmin zien als de zondebok. Die had ons immers deze straat ingestuurd! De man vindt het een heel interessant apparaat, wil er van alles op zien en vergeet helemaal dat hij eigenlijk de boze agent had moeten blijven. Hij wijst ons op de Garmin hoe we wel moeten rijden en we kunnen weer verder. Bij de Sudanese ambassade zit maar 1 mevrouw achter een loket met tralies en glas. Ze kijkt verveeld en lijkt helemaal geen zin te hebben in een nieuwe klant. We verstaan haar weer moeilijk, maar het gaat eigenlijk niet eens zo moeilijk. Hier moet je aan de mensen laten zien dat je wel geld op de bank hebt staan, anders mag je het land niet in. Veel mensen maken een kopie van hun creditcard, maar dat vinden wij te link. Wij hadden al van Wim gehoord dat ze een afschrift van de bank ook accepteren. En Wim had een Macbook en printer bij zich, dus hebben we zo’n afschrift al klaar voor de mevrouw. Het lijkt bijna of ze teleurgesteld is dat ze niet iets gevraagd heeft dat moeilijk voor ons is. Ondertussen is ze enorme stapels paspoorten aan het invullen, briefjes van 1000 Keniase dollars er in aan het stoppen (waar iedere keer weer iets uitvalt, maar dan stopt ze ze weer terug). Je moet 4000 dollar betalen voor het Visum, maar gelukkig is dat geen 4000 euro maar ongeveer 40. Alweer moeten we wachten tot de volgende dag, na 15.00 uur, om het paspoort weer op te halen. We zitten dus nog wel even bij JJ.
Pap gaat met de man van gisteren Joost nu een grote beurt geven. Hij scheurt binnen de kortste keren in het kruis van zijn overall helemaal uit..Gelukkig had hij een onderbroek aan. Ondertussen ga ik lekker in de schaduw zitten lezen. Het internet van hier doet het al 2 dagen niet meer, dus ik kan de foto’s niet op de website zetten. Ik kan met die dongle wel internetten, maar de foto’s zijn nogal grote bestanden, die teveel van de prepaid kaart vragen. Dus daarmee wacht ik tot de draadloze verbinding hersteld is. Van Nita, Lieve en Wim hebben we bericht dat ze in Isiolo zijn aangekomen zonder problemen. Daar staan ze op een camping bij een hotel van een Nederlands echtpaar. De man heeft voor ze gebeld naar zijn kennis in het noorden, om te vragen hoe de weg nu is. De berichten zijn slecht: de weg van Isiolo maar Moyale, een plaats aan de grens met Ethiopië, is onbegaanbaar. Moyale is helemaal overstroomd en op de weg, die toch al slecht was (niet geasfalteerd en vol gaten), staan een paar gestrande vrachtwagens die elk ander verkeer belemmeren. Maar men zegt, dat als er twee zonnige dagen zijn de weg weer berijdbaar zal zijn. En vandaag schijnt de hele dag de zon en is er geen wolkje aan de lucht. De weersvooruitzichten zijn goed tot aan dinsdag volgende week, wanneer er weer regen lijkt te gaan vallen. Ze staan daar inmiddels met allerlei mensen die ze ook kennen van hier (van JJ), Franse motorrijders, een Duits stel enzovoort. Hier in deze streek krijg je steeds meer dat je kennissen wordt van elkaar, en dat is erg gezellig. Vanwege de problemen met de weg vormen sommigen ook groepjes om elkaar te helpen als het nodig is. Wij gaan in ieder geval overmorgen vroeg ook die kant op, om door te kunnen rijden voordat de regens weer terugkomen. Hoewel we ons verheugen op Ethiopië, wat een heel mooi land schijnt te zijn met erg aardige mensen, blijven we er niet lang.
Ik lees mijn boek uit en vertel ’s avonds aan pap over dingen die ik gelezen heb over de president van Zuid-Afrika, meneer Zuma. Hij is een heel zwarte meneer van de Zulu stam. Zoals wij in Nederland Friezen hebben en Brabanders, hebben ze hier in ieder land verschillende stammen. Vergelijk dus voor het gemak de Zulu’s maar met Brabanders. Meneer Zuma moest voor de rechter komen omdat hij stoute dingen gedaan heeft met een mevrouw, volgens die mevrouw. De man die het boek geschreven heeft, was net zoals de meeste mensen verbaasd dat deze belangrijke man zulke domme dingen deed. Maar nu zat hij bij een neef van de president in de auto, op weg naar een Zulu-feest waar de president ook ging dansen met een luipaardvel om zijn middel en veren om de enkels. De neef en de broer van de president leggen uit dat Zulu’s anders met vrouwen omgaan. Het duurt soms jaren voordat ze verkering mogen hebben met elkaar, en al die tijd kijkt het meisje haar vriendje nauwelijks aan. Hij moet bewijzen dat hij haar verschrikkelijk graag als zijn vrouw wil hebben, door geduld te laten zien. Hij noemt haar dan ook vaak zijn “Nkosazana”, wat prinses betekend. Uiteindelijk moet hij wel 20 koeien betalen aan haar vader als bruidsschat. Daarom kunnen veel Zulu mannen niet officieel trouwen, want ze hebben er niet genoeg koeien voor. Anderen die rijker zijn, hebben meer dan 1 vrouw, want dat mag daar. Meneer Zuma is vrijgesproken. Hij heeft inmiddels vrij veel vrouwen.
Als we de spagetti eten met een glaasje koude witte wijn, noemt pap me Nkosazana…..
Veel liefs van ons, tot morgen.
-
12 Maart 2010 - 13:56
Roos Fennis:
Ahh, wat lief van jullie dat jullie speciaal voor mij dit hebben geschreven! Wat een grappig verhaal met die politie agent en die ambasade ofzo...! Grappige meneertje op die foto! Maar ik kan papa's hoofd niet zienn! Alleen z'n sandalen en z'n broek! Het lijkt me wel een leuk boek als ik ook volwassen ben zoals jullie!!! Ik mis jullie nogsteeds en tot morgen inderdaad, want vanaf nu ga ik elk stukje lezen die jullie schrijven! Wil je alsjeblieft bij het volgende stukje een foto doen met papa's hoofd en met jouw hoofd (Sanne). Ik hou ontzetttend veel van julie en tot de volgende keer hoor! Xxx Roosje
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley